Het programma ‘Duurzaam en Gezond aan Tafel’ voor Brabantse zorgorganisaties is in volle gang. De derde bijeenkomst werd op woensdag 6 februari gehouden op een toplocatie: De Ark, op het indrukwekkende terrein van GGZ Westelijk Noord-Brabant in Halsteren. Daar lieten de deelnemers merken allemaal in hun eigen tempo in beweging te zijn en stappen te maken richting lekkerder, gezonder en duurzamer eten en drinken. Het werd een dag vol inspiratie én interactie. Kortom, een dag die naar méér smaakte.
Elkaar ontmoeten, elkaar horen en voor elkaar zorgen
Team Diverzio is met ‘Duurzaam en Gezond aan Tafel’ al op heel wat fraaie zorglocaties actief geweest: toch keek ook de delegatie die op 6 februari in West-Brabant te gast was de ogen uit. De Ark bleek een prachtig kerkgebouw te zijn, met alle bijzondere elementen erin, maar tóch ook met een bredere insteek. Daar ontvingen facilitair coördinator voeding Ron Laurentius en zijn team van GGZ Westelijk Noord-Brabant hun mede-deelnemers gastvrij en in stijl. Bestuurder Ineke Strijp stond in haar welkomstwoord stil bij de locatie van de dag. Zij vertelde dat De Ark wordt omgeturnd tot een ontmoetingscentrum. “Dat is ook het doel van een kerk”, stelde ze: “Elkaar ontmoeten, elkaar verzorgen en elkaar horen.” Strijp trof toen ze in 2016 aantrad een organisatie in bijzonder bestuur aan. “Er was nergens geld voor, maar ik zag wél een prachtig landgoed, boordevol potentie.” Sinds dat moment is de weg omhoog ingeslagen. Daarbij wordt óók nadrukkelijk gekeken naar hoe er slim met voeding kan worden omgegaan. “Wij waren ooit compleet selfsupporting”, schetste Strijp. “Dat proberen we op allerlei manieren weer terug te brengen: via een eigen moestuin, fruitbomen et cetera. Zo kunnen we met weinig geld tóch maximaal leuke dingen doen.”
Werkopdrachten
Die leuke dingen willen de deelnemende zorgorganisaties óók graag blijven doen voor hun bewoners, cliënten en gasten. Dat bleek overduidelijk uit de presentatie van de werkopdrachten, waarbij iedere organisatie ambities en actuele meetresultaten in kaart bracht en toelichtte. Daarbij viel onder meer op dat er deelnemers zijn die tussentijds een kijkje bij elkaar zijn gaan nemen, dat goede concepten soms even blijven liggen voordat ze uitgerold kunnen worden en dat de behoefte aan lekkere, verse producten uit de directe regio groot is. Bij één van de deelnemers bleek een cliënt zelfs actief bij het meten van de voedselverspilling betrokken te zijn. Het was mooi om te merken dat elke organisatie, zij het in een eigen tempo, écht in beweging is en dat er stapjes en stappen gemaakt worden. Na de presentaties werd een korte wandeling over het landgoed gemaakt, naar de bijzondere lunchplek: de stal van de op het terrein gevestigde boerderij met landwinkel. Te midden van de strobalen werd daar genoten van onder andere erwtensoep, broodjes en boerenmelk en -yoghurt, producten die iedereen zich goed liet smaken. En smaak zou ook in het middagprogramma een voorname rol blijven spelen.
Smaak- en proefsessie
Daarvoor was namelijk voor de tweede keer smaakprofessor Peter Klosse te gast. Hield hij het bij de eerste masterclass nog bij een wetenschappelijk betoog: dit keer ging de aimabele Bourgondiër met de groep aan de slag in een interactieve smaak- en proefsessie, afgestemd op de eigen doelgroep. Voor het zover was maakte hij duidelijk wat nu eigenlijk het verschil tussen smaak en proeven is. “Smaak is eigenlijk een instrument”, zo klonk het. “Daar kan ik wat mee. Ik maak smaak praktisch en hanteerbaar.” Klosse onderkende dat lekker eten bereiden een centrale missie is in de zorg. “En dus moet je uitgaven aan voeding eigenlijk niet als kosten zien, maar als een investering”, hield hij zijn toehoorders voor. Hij nam hen vervolgens mee in de smaakrichtingen strak, filmend en droog en stelde dat er niet alleen in recepturen gedacht moest worden: “Alles kan, alles mag. Er zijn geen vaste regels.” Dat bleek aansluitend in de praktijk, toen in een aantal groepjes aan de slag werd gegaan met ingrediënten, die geproefd, beoordeeld en later ook gecombineerd werden. Dat alles resulteerde in enkele smakelijke gerechtjes, die vol trots met elkaar gedeeld werden.
Hulpmiddelen
Ergotherapeut Tess van der Weijde van GGZ Westelijk Noord-Brabant hield een presentatie over de rol die zij en haar collega’s bij eet- en drinkproblemen kunnen spelen. Ze liet zien dat slapen, eten en drinken basisbehoeften zijn, maar stipte ook aan dat daarbij binnen de zorg nogal wat problemen om de hoek kunnen komen kijken. Van mond- en gebitsproblemen tot slikstoornissen en verminderde smaak, reuk en zicht. Ze toonde een aantal hulpmiddelen, waarmee bereikt kan worden dat er toch beter gegeten kan worden, zodat voedselverspilling tegen wordt gegaan. Bordranden, bestek met een verdikt handvat en het aanbrengen van contrast: het helpt allemaal bij beter en gemakkelijker eten en drinken. In de afsluitende werksessie reikte Koen Nouws Keij namens Diverzio eigenlijk ook hulpmiddelen aan, zij het dan in minder fysieke vorm. Hij schotelde het gezelschap het recept voor een voedingsvisie voor, ging dieper in op implementatie- en verandertrajecten en liet deelnemers al gerealiseerde successen met elkaar delen. Ter afronding werden de werkopdrachten voor de vierde masterclass toegelicht. Deze vindt plaats op alweer een bijzondere locatie: de midden in ’s-Hertogenbosch gelegen Raadskelder van zorgorganisatie Cello. De deelnemende zorgorganisaties blijven meten, verbeteren en bewegen. Indien gewenst met begeleiding en ondersteuning op maat.
Bekijk hier alle foto’s van de bijeenkomst.
Het programma ‘Duurzaam en Gezond aan Tafel in Brabant’ is een gezamenlijk initiatief van Diverzio, Rabobank ’s-Hertogenbosch en omstreken, Stichting Godshuizen en AgriFood Capital, in samenwerking met Academie voor Gastronomie, Diagnose Voeding en Gezondheid, Care Culinair, FoodFirst Network en NEVI.